Gebruik restwarmte koel- en vriesinstallatie
Beschrijving
Warmte die vrijkomt door het koelen van producten, kan ergens anders in het gebouw nuttig gebruikt worden, voor ruimteverwarming of warm tapwater. De warmte kan:
- rechtstreeks gebruikt worden, door de warmte die vrijkomt direct in een werkruimte te blazen.
- via een tussenmedium worden overgedragen, bijvoorbeeld via een persgasboiler. Persgas is het hete koudemiddel van een koel- en/of vriesinstallatie op weg van de compressor naar de condensor. Aan de hete persgassen wordt met een warmtewisselaar warmte onttrokken. Een persgasboiler kan gebruikt worden voor ruimteverwarming (in combinatie met vloerverwarming) en voor warm tapwater.
In sommige gevallen kan de warmte ook extern worden ingezet. Lees hier meer over in maatregel Restwarmte of –koude uitwisselen met de buren.
Toepasbaarheid
- Restwarmte kan nuttig gebruikt worden als de periode van warmtevraag (gedeeltelijk) samenvalt met de tijd waarin de koel- en/of vriesinstallatie restwarmte levert. In de meeste gebouwen is de vraag naar warmte voor ruimteverwarming geconcentreerd in het stookseizoen in de ochtenduren (als het gebouw moet worden opgewarmd). Er kan de gehele werkdag vraag naar warm tapwater zijn.
- De mogelijkheid om warmte nuttig te gebruiken, is ook afhankelijk van de temperatuur van de vrijgekomen warmte en de temperatuur die voor ruimteverwarming of warm tapwater noodzakelijk is. De mogelijkheden voor nuttig gebruik worden vergroot als lage temperaturen nodig zijn, bijvoorbeeld lage temperatuurverwarming. De temperatuur kan met een warmtepomp verhoogd worden.
- De toepasbaarheid is groter bij centraal opgestelde systemen, wat inhoudt dat één compressorinstallatie voor meerdere koel- en vriescellen/meubels is geïnstalleerd.
- Als de restwarmte wordt gebruikt om warm tapwater te maken, kan bijverwarming nodig zijn om aan hygiëne/legionella eisen te voldoen (minimale temperatuur van 55-60 °C). Dit verlaagt de rentabiliteit.
Voor grote installaties (50 kW aan thermisch vermogen van de condensor) is deze maatregel verplicht als het ook technisch mogelijk zijn om de warmte nuttig te gebruiken, ten minste 1.000 uur per jaar.
Milieuaspecten
Energiebesparing door warmteterugwinning. De besparing wordt uitgedrukt in MJ opgewekte warmte. Voorbeelden:
- In een supermarkt met een centraal systeem met een koelcapaciteit van 200 kW kan 30% van de warmte nuttig gebruikt worden. Dit betekent een besparing van 216.000 MJ ofwel ca. 6.800 m3 aardgas per jaar.
- In een opslag- en transportbedrijf kan 50% van de restwarmte nuttig gebruikt worden, tenzij dit meer is dan de warmtebehoefte.
- RVO schat dat hergebruik van de warmte bij een installatie van 50 kW thermisch waar de beschikbare warmte ten minste 1.000 uur per jaar nuttig kan worden ingezet 5.500 m3 aardgas per jaar bespaart (bron: EML 2023).
Financiële aspecten
De investeringskosten zijn sterk afhankelijk van de wijze van toepassing van de restwarmte.
- Bij direct in een werkruimte blazen van de warmte: bouwtechnische kosten.
- Bij gebruik van een persgasboiler voor het verwarmen van tapwater zijn standaard oplossingen beschikbaar. De kosten voor aanschaf en aanleg liggen tussen € 1.000 en € 2.000.
- Wanneer een warmtewisselaar op het persgascircuit wordt aangesloten ten behoeve van ruimteverwarming is een investering te verwachten van € 3.000 tot € 6.000.
- Wanneer warmte wordt teruggewonnen uit koelinstallaties van machines (industrie) met behulp van een warmtepomp en gebruikt wordt voor ruimteverwarming zijn de kosten ca. € 10.000.
- RVO schat de kosten voor een installatie van 50 kW thermisch op een zelfstandig moment op € 6.000 (materiaal) + € 2.600 (arbeid) + € 2.200 (materieel). Op een zelfstandig moment zijn materiaalkosten gelijk, arbeidskosten € 2.000 en materieel € 800. Deze maatregel verdient zich dan binnen vijf jaar terug bij meer dan 1.000 nuttige gebruiksuren. Bron: EML 2023. Hierbij is gerekend met € 0,21 per kWh en € 1,16 per m3 aardgas (excl. BTW).
Subsidies
Warmtepompen voor het nuttig aanwenden van warmte voor processen (2024, code 221103) staan op de Energielijst en komen daarom, onder voorwaarden, in aanmerking voor Energie Investerings Aftrek (EIA). Dit betekent dat je een extra bedrag ter grootte van 40% (2024) van het investeringsbedrag ten laste mag brengen van de winst. Zie voor meer informatie www.rvo.nl/eia.
Warmtepompen komen ook in aanmerking voor Investeringssubsidie Duurzame Energie (ISDE). De hoogte van het subsidiebedrag is afhankelijk van het soort apparaat en de energieprestatie. Voor warmtepompen ligt deze indicatief tussen de € 500 en € 2.500. Zie voor meer informatie www.rvo.nl/isde. Je komt niet in aanmerking voor ISDE als je voor dit apparaat ook EIA gebruikt.
Aanvullende informatie
Erkende maatregel voor energiebesparing
De Omgevingswet schrijft voor dat locaties die aan bepaalde voorwaarden voldoen verplicht zijn rendabele energiebesparende maatregelen (met een terugverdientijd van 5 jaar of minder) uit te voeren. Deze maatregel is (onder voorwaarden) rendabel ofwel erkend. Lees meer in de maatregel Voldoe aan (erkende) maatregelen uit Omgevingswet. Op de website van RVO downloadt je de volledige Erkende maatregelenlijst met de technische en economische randvoorwaarden.
Energiezuinige technieken moeten goed beheerd worden om te besparen wat mogelijk is. Zo moeten installaties goed ingeregeld, beheerd en onderhouden worden. Dit heet doelmatig beheer en onderhoud (DBO). Daarom heeft de overheid in iedere erkende energiemaatregel aangegeven welke DBO-actie nodig is om de maatregel optimaal te laten functioneren. Beoordeel jaarlijks of de techniek nog goed functioneert. Lees meer in maatregel Jaarlijks doelmatig beheer en onderhoud van (erkende) energiemaatregelen.
Bron: Stichting Stimular, Erkende Maatregelenlijst 2019, Erkende Maatregelenljst 2023 en Informatiebank
De maatregel is afkomstig van Stimular.nl, een website die actueel gehouden wordt door Stichting Stimular. Op Stimular.nl vindt u nog meer besparingstips, voorbeelden en inspiratie, ook voor andere branches.